Voor de totstandkoming van een overeenkomst is in veel gevallen geen handtekening vereist. Sterker nog, in veel gevallen is het niet eens vereist om een overeenkomst schriftelijk vast te leggen. Dit maakt dat een overeenkomst veel sneller tot stand komt dan partijen vaak beseffen (en dat zij dus ook sneller gebonden zijn aan afspraken dan zij mogelijk willen). Desondanks is de handtekening in de Nederlandse rechtspraktijk van zeer groot belang. Dat heeft alles te maken met de bewijslevering in een procedure. In april 2019 heeft de Hoge Raad twee arresten gewezen (ECLI:NL:HR:2019:572 en ECLI:NL:HR:2019:641) waarin getekende overeenkomsten centraal stonden. In dit artikel zal eerst worden ingegaan op het belang van de getekende overeenkomst in het kader van bewijslevering waarna zal worden ingegaan op de essentie van de voornoemde arresten. Afgesloten wordt met enkele tips.
Bewijs
Als een partij zich beroept op een bepaald rechtsgevolg (bijvoorbeeld: er is een koopovereenkomst tot stand gekomen die de wederpartij moet nakomen), dan dient die partij dat in beginsel ook te bewijzen (dat de koopovereenkomst tot stand is gekomen). Bewijs kan worden geleverd door alle middelen, tenzij de wet anders bepaalt. Verder kent het Nederlandse civiele rechtssysteem de vrije bewijswaardering. De vrije bewijswaardering houdt in dat de rechter in beginsel zelf mag oordelen hoeveel waarde hij hecht aan een bewijsmiddel. Een uitzondering daarop is het dwingend bewijs.
Dwingend bewijs van een getekende overeenkomst
Getekende overeenkomsten die bedoeld zijn om als bewijs te dienen worden, als deze niet bij de notaris worden getekend, ook wel onderhandse akten genoemd. De onderhandse akte levert dwingend bewijs op van de waarheid van hetgeen partijen in die akte hebben verklaard. De rechter moet er vanuit gaan dat hetgeen in de akte staat de waarheid is en heeft op dat punt dus geen vrije bewijswaardering. De wederpartij kan wel tegenbewijs leveren, maar dat is vaak moeilijk. Voorbeeld: Als partij A in een getekende overeenkomst verklaart een bepaald geldbedrag te hebben ontvangen van partij B, dan moet de rechter er vanuit gaan dat partij A dat bedrag ook daadwerkelijk heeft ontvangen. Het is dan aan partij A om te bewijzen dat zij het in de overeenkomst genoemde bedrag niet heeft ontvangen (bijvoorbeeld door het horen van getuigen of het overleggen van andere stukken).
Rechtspraak: de bewijslastverdeling bij een onderhandse akte
- Stellig ontkennen ondertekening
Uit de wet volgt dat als partij A een onderhandse akte als bewijs overlegt en partij B stellig ontkent dat hij dit document heeft getekend, het aan partij A is om te bewijzen dat de handtekening op het document inderdaad van partij B is. De Hoge Raad overwoog in zijn arrest van 12 april 2019 dat de ontkenner geen onderbouwing van zijn ontkenning hoeft te geven. Van een stellige ontkenning is dus al snel sprake. Partij A zal in dat geval door bijvoorbeeld een forensisch onderzoek uit te laten voeren of eventuele getuigen te horen moeten bewijzen dat partij B de onderhandse akte wel heeft getekend.
- Omvang akte
Als partij A een onderhandse akte van een aantal pagina’s als bewijs overlegt en die akte is enkel op de laatste pagina getekend, dan wordt het geheel van de pagina’s in beginsel als een akte beschouwd. Dit overwoog de Hoge Raad op 19 april 2019. De inhoud van de hele akte levert in beginsel dwingend bewijs op waarvan tegenbewijs door partij B mogelijk is.
- Inhoud akte is vals
Als partij B de echtheid van de handtekening niet betwist, maar wel de echtheid van de inhoud (de tekst) van de onderhandse akte, dan moet partij B (in beginsel) bewijzen dat de akte vals is. Dat heeft de Hoge Raad bevestigd in het hiervoor reeds genoemde arrest van 19 april 2019.
Waar moet u aan denken bij de betwisting van zo’n ‘valse’ akte? Vaak zal dat zien op de echtheid van de tekst. Partij B zal dan bijvoorbeeld stellen dat er wijzigingen in de tekst van de akte (de overeenkomst) zijn doorgevoerd nadat hij deze heeft ondertekend of dat het de ondertekening van een blanco vel papier betreft waarop later door partij A een tekst is geplaatst.
Als partij B betwist dat pagina 1 van een getekende overeenkomst (die niet geparafeerd is) hoort bij pagina 2 van die overeenkomst (die getekend is door partij A en partij B) of stelt dat een bepaald artikel toegevoegd is aan de overeenkomst, dan moet partij B bewijzen dat de overgelegde overeenkomst niet overeenkomt met de overeenkomst die door partij A en partij B is ondertekend. Uiteraard zijn hierop uitzonderingen mogelijk die afhankelijk zijn van de omstandigheden van de zaak, zo erkent ook de Hoge Raad in de uitspraak van 19 april 2019.
Enkele tips
Het goed formuleren van uw verweer in een gerechtelijk geschil over een getekende overeenkomst is belangrijk. Daarmee kunt u proberen te voorkomen dat u de bewijslast naar u toetrekt. Nog beter is om een discussie met de wederpartij te voorkomen. Daarom hebben we enkele tips voor u op een rij gezet bij het vastleggen van afspraken:
- Let goed op de juistheid van de verklaringen die worden opgenomen in de overeenkomst. Een zorgvuldige formulering van de overeenkomst is van essentieel belang;
- Wat voor u volstrekt duidelijk is, is niet per se duidelijk voor een derde (zoals de wederpartij of een rechter). Het is daarom aan te bevelen om een collega of een adviseur de overeenkomst vóór ondertekening te laten lezen;
- Zet in de koptekst of voettekst de naam van de overeenkomst en de datum van ondertekening van de overeenkomst;
- Zet in de koptekst of voettekst het paginanummer, maar ook het aantal pagina’s dat de overeenkomst bevat bijvoorbeeld ‘pagina 1 van 3’;
- Zorg dat op de laatste pagina niet enkel de handtekening van partijen staat, maar ook nog een inhoudelijk deel van de overeenkomst;
- Geef aan het einde van de overeenkomst aan hoeveel pagina’s de overeenkomst telt;
- Zorg dat alle partijen bij de overeenkomst alle pagina’s van de overeenkomst paraferen;
- Stuur een gescande versie van de door partijen getekende overeenkomst per e-mail ter bevestiging naar de andere partijen (met verzend- en ontvangstbevestiging).
Contact
Heeft u vragen over de inhoud van dit artikel, heeft u hulp nodig bij het opstellen van een overeenkomst of heeft u een discussie over (de uitvoering van) een overeenkomst, dan kunt u contact opnemen.