Starten met eigen bedrijf vanuit een WW-situatie? Denk aan de startersregeling.

Juridisch nieuws

Met de startersregeling kunnen ex-werknemers met een werkloosheidsuitkering (WW-uitkering) een onderneming starten met behoud van een deel van hun uitkering. De startersregeling heeft ten doel om ondernemerschap te bevorderden en het beroep op het sociale vangnet te verminderen. In deze blog ga ik in op de voorwaarden van de startersregeling en geef ik antwoord op veelgestelde vragen. Kennis over de startersregeling kan ook een werkgever goed van pas komen. Indien partijen overwegen om uit elkaar te gaan, kan het door de werknemer in aanmerking komen voor de startersregeling het sluiten van een beëindigingsovereenkomst bevorderen.

WW-uitkering

Indien een arbeidsovereenkomst op initiatief van een werkgever eindigt, heeft de ex-werknemer in beginsel recht op een WW-uitkering indien de ex-werknemer:

– tenminste 5 uur of meer van uw arbeidsuren per week verliest;

– direct beschikbaar is voor betaald werk;

– minimaal 26 weken heeft gewerkt in de 36 weken vóór werkloosheid (de zogenaamde ‘wekeneis’);

– niet door eigen schuld werkloos is geworden (ontslagen wegens een dringende reden).

Duur WW-uitkering

Als de ex-werknemer aan de wekeneis voldoet, heeft hij/zij recht op de basisuitkering van 3 maanden. De uiteindelijke duur van de WW-uitkering is afhankelijk van het arbeidsverleden, maar is gemaximeerd op 24 maanden.

Hoogte WW-uitkering

In de eerste twee maanden is de uitkering gelijk aan 75% van het WW-maandloon. In de daaropvolgende maanden is de uitkering gelijk aan 70% van het WW-maandloon. Het WW-dagloon is gemaximeerd op € 282,95 (2024). Het dagloon wordt vervolgend vermenigvuldigd met 21,75 om te komen tot het WW-maandloon.

Wat als de uitkeringsrechtigde tijdens de periode waarin hij/zij een WW-uitkering geniet elders werkzaamheden kan verrichten? De hoofdregel is dat (fictieve) inkomsten uit zelfstandige arbeid worden verrekend met de WW-uitkering (zie artikel 1b lid 5 jo. 47 WW).

Startersregeling

Op bovenstaande hoofdregel bestaat een belangrijke uitzondering, de zogenaamde startersregeling. Het doel van die startersregeling is ondernemerschap te bevorderen en het beroep op het sociale vangnet (de WW-uitkering) te verminderen.

Het UWV kan een uitkeringsgerechtigde eenmalig toestemming verlenen om gedurende 6 maanden werkzaamheden als ondernemer te verrichten (zie artikel 77a WW). De uitkeringsgerechtigde behoudt daarbij een deel van zijn WW-uitkering. Er gaat gedurende de startersregeling 29% van de WW-uitkering af (zie artikel 47b WW). Dit is ongeacht de daadwerkelijke inkomsten. Tijdens de startersperiode geldt er geen sollicitatieplicht.

Hierna bespreek ik de belangrijkste voorwaarden voor een geslaagd beroep op de startersregeling.

Voorwaarde 1: Met werkzaamheden structureel in het bestaan voorzien

Op de uitkeringsgerechtigde rust de verplichting om een plan van aanpak / ondernemingsplan op te stellen waarin de ondernemer aannemelijk maakt dat hij/zij in de toekomst met de werkzaamheden structureel in zijn/haar bestaan kan voorzien. Voor het opstellen van het ondernemingsplan kan de uitkeringsrechtigde een onderzoeksperiode toegekend krijgen van maximaal zes weken. Gedurende deze zes weken is de uitkeringsgerechtigde vrijgesteld van de sollicitatieplicht.

Voorwaarde 2: De werkzaamheden mogen nog geen aanvang hebben genomen

Een andere belangrijke voorwaarde is dat de uitkeringsgerechtigde nog geen aanvang mag hebben genomen met zijn werkzaamheden. Wat verstaan we hieronder?

In de bijlage bij het Besluit sollicitatieplicht werknemers WW komt kort de oriëntatieperiode aan bod, die in de praktijk aan de startersregeling voorafgaat. Uit (oude) rechtspraak volgt dat voorbereidende activiteiten, zoals het aanvragen van vergunningen en vrijstellingen, het regelen van financiering en het maken van afspraken met de belastingdienst inzake omzetbelasting activiteiten onder de oriëntatiefase kunnen vallen. Daarnaast heeft het UWV op haar website staan dat tijdens de onderzoeksperiode voorbereidingen kunnen plaatsvinden. Daaronder valt mijns inziens (veelal) ook de inschrijving in het handelsregister van de kamer van koophandel. Indien deze activiteiten onder de oriëntatiefase / onderzoeksperiode vallen, ligt het niet voor de hand dat het uitvoeren van deze voorbereidende handelingen een beroep op de startersregeling in de weg staan.

Indien (ook) sprake is van acquisitieactiviteiten, kan dat wel aan een geslaagd beroep op de startersregeling in de weg staan (Centrale Raad van Beroep 4 maart 2015, ECLI:NL:CRVB:2015:627). De inschrijving in het handelsregister van de kamer van koophandel kan in die situatie als bewijs dienen dat de werkzaamheden reeds zijn aangevangen.

Voor wat betreft het gebruikmaken van een reeds bestaande onderneming geldt mijns inziens dat gekeken moet worden of in het verleden dezelfde of soortgelijke werkzaamheden werden verricht. Indien dit niet het geval is, kan betoogd worden dat de uitkeringsgerechtigde nog geen aanvang heeft genomen met de werkzaamheden. Aanknopingspunten voor dat betoog zijn te vinden in de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep 23 april 2014, ECLI:NL:CRVB:2014:1365 en Kamerstukken II 2005-06, 30370, nr. 5, p. 10, waarin gesproken wordt over nieuw op te starten werkzaamheden, werkzaamheden die in het verlengde liggen van de eerder verrichtte werkzaamheden en de verschillen tussen de aard van de oude en nieuwe werkzaamheden.

Voorwaarde 3: Geen werkzaamheden verrichten voor de laatste werkgever

Tot slot is relevant dat de uitkeringsgerechtigde geen werkzaamheden verricht in opdracht, ten behoeve, of onder verantwoordelijkheid van de werkgever bij wie de werknemer onmiddellijk voorafgaande aan het intreden van zijn werkloosheid als werknemer arbeid heeft verricht.

Contact advocaat arbeidsrecht

Voor vragen over de startersregeling, de onderzoeksperiode of over de WW kun je met mij contact opnemen (boystenden@lawandpepper.com of 06-27177989). Wil je op de hoogte blijven van al mijn arbeids- en arbeidsmigratierechtelijke blogs? Volg dan de LinkedIn-pagina van Law&Pepper Advocaten.