Op 4 september 2024 is de Wet toekomstbestendige huurcommissie in internetconsultatie gegaan. Het wetsvoorstel stelt wijzigingen voor om de werking van de Huurcommissie te verbeteren, waardoor huurders en verhuurders beter kunnen worden geholpen om conflicten op te lossen zonder dat een dure en tijdrovende gang naar de rechter nodig is.
Welke wijzigingen worden zoal voorgesteld?
Een aantal wijzigingen ziet op de governance en het bestuderingsmodel van de Huurcommissie, door bijvoorbeeld een flexibele schil aan zittingsvoorzitters (zgn. niet vaste zittingsvoorzitters) te introduceren en benoemingstermijnen te herzien. Een aantal is ook bedoeld om omissies te herstellen (door bijvoorbeeld art. 4 lid 3 Uhw toe te voegen aan de opsomming in art. 41 Uhw).
Inhoudelijk zijn de volgende voorgestelde wijzigingen interessant om te volgen:
1. je zou de Huurcommissie voortaan kunnen wraken (tot nu toe kan dat alleen tot het moment van aanvang van de zitting, zie p. 8 van de Memorie van Toelichting (hierna: ‘MvT’));
2. voorzittersuitspraken zouden voortaan zes in plaats van vier weken op zich laten wachten (zie p. 9 MvT);
3. de termijn om verzet in te stellen zou worden verlengd van drie naar vier weken (zie p. 9 MvT);
4. de Huurcommissie zou de mogelijkheid krijgen om de termijn voor behandeling van een zaak tijdelijk op te schorten, bijvoorbeeld als de Huurcommissie aanvullende stukken nodig heeft om uitspraak te doen (zie p. 9 MvT);
5. art. 17a lid 2 Uhw zou komen te vervallen, zodat de ingangsdatum van de uitspraak zoals die in de Uhw per procedure is bepaald, leidend zou worden voor de ingangsdatum van de splitsing van de all-in prijs (zie p. 10 MvT);
6. art. 7:260 BW (geschil over de jaarafrekening voor servicekosten) zou geschrapt worden uit de lijst met procedures waarin de Huurcommissie ambtshalve de all-in prijs kan splitsen (op de voet van art. 17a Uhw, zie p. 11 MvT);
7. onder meer art. 4 lid 5 Uhw (klacht over een gedraging van de verhuurder) zou geschrapt worden. Sinds de invoering van de Wet goed verhuurderschap kunnen huurders bij hun gemeente terecht met klachten over ongewenst verhuurgedrag (zie p. 11 MvT);
8. art. 7:260 lid 3 BW zou dusdanig worden gewijzigd, dat de Huurcommissie op termijn het specificatieformulier servicekosten gebruiksvriendelijker kan maken (zonder wijziging van een ministeriële regeling).
Vragen?
Wil je meer weten over dit wetsvoorstel? Ivette Mol, Nick Kooistra en ik staan je graag te woord!
Link naar de internetconsultatie (en MvT): https://lnkd.in/efpa_R79.
