Wordt de personenvennootschap opnieuw vernieuwd?

Juridisch nieuws

Het is al eens eerder geprobeerd om de wetgeving te wijzigen ten aanzien van de personenvennootschappen. Dit zijn de vennootschap onder firma (de vof), de commanditaire vennootschap (de cv) en de maatschap. Al eerder is getracht om deze “ouderwetse” vormen van samenwerking te moderniseren en de 21e eeuw binnen te brengen. Een aantal jaren geleden is daartoe een uitgebreide wetswijziging opgesteld maar deze is uiteindelijk volledig gestrand. Echter, op dit moment wordt er een nieuwe poging voor modernisering gedaan. Uitgangspunt is om meer aansluiting te vinden bij de behoeftes in de praktijk. Het wetsvoorstel bevindt zich thans in de zogenaamde voorbereidende fase. Helaas valt nog niet te voorspellen wanneer de wetgeving van kracht wordt. Maar, de signalen zijn dat het deze keer wel eens zou kunnen gaan lukken.

Waarom is dit wetsvoorstel zo belangrijk?
Er worden hierna een tweetal opvallende onderwerpen uit het wetsvoorstel gelicht die zien op de aansprakelijkheid van de vennoten in de vof, de cv en de maatschap. Daarnaast bevat het wetsvoorstel nog meer interessante veranderingen, welke wij zeker nog onder uw aandacht gaan brengen door middel van berichten op onze website en een lezing op kantoor zodra de wetgeving definitief is. Deze overige veranderingen in het voorstel betreffen kort gezegd:

1. de personenvennootschap verkrijgt rechtspersoonlijkheid bij inschrijving in het handelsregister. Er wordt alleen notariële tussenkomst verplicht gesteld in het geval registergoederen worden geleverd of aandelen op naam;

2. er is een voorziening voor intredende en uittredende vennoten; de huidige wet kent zo’n regeling niet en dit zorgt voor problemen in de praktijk;

3. voor de cv worden enkele regels versoepeld (zoals het verbod om als stille vennoot op basis van volmacht de cv te vertegenwoordigen).

Hoofdelijke aansprakelijkheid
Onder het thans geldende recht kan een schuldeiser de maten/vennoten/partners naast de personenvennootschap hoofdelijk aanspreken op hun privé vermogen voor schulden van de personenvennootschap. Een schuldeiser kan dus als het ware iedereen aanspreken voor het geheel, ongeacht diens rol of betrokkenheid. Voor schuldeisers is dit een relatief makkelijke positie omdat ze meer mogelijkheden (meerdere partijen) hebben om hun vorderingen te verhalen. Daar komt verandering in.

Het huidige wetsvoorstel brengt met zich mee dat men als schuldeiser eerst de personenvennootschap zelf moet aanspreken. Pas als de personenvennootschap geen enkele mogelijkheid biedt tot verhaal kunnen de achterliggende vennoten worden aangesproken. Er is dus sprake van een tweetrapsraket. Met andere woorden: het wordt enigszins moeilijker om zomaar de privé personen (of rechtspersonen, b.v. en n.v. als deze vennoot zijn) direct te kunnen aanspreken. Eerst moet men trachten de vordering te verhalen op de vennootschap onder firma, de commanditaire vennootschap en maatschap.

Feitelijke uitvoerder opdracht
Een tweede essentiële verandering die gaat komen als het wetsvoorstel wordt aangenomen en die van invloed zal zijn op de wijze van samenwerking binnen de personenvennootschap, maar ook op de overeenkomsten die worden aangegaan met derden (bijvoorbeeld opdrachtgevers), is de navolgende.

Het huidige wetsvoorstel houdt in dat wanneer een personenvennootschap een opdracht ontvangt en deze opdracht slechts door één enkele vennoot wordt uitgevoerd, alleen deze vennoot in privé aansprakelijk is. De overige vennoten die niet betrokken zijn bij het uitvoeren van de opdracht kunnen niet in privé worden aangesproken. Deze voorgenomen verandering in de wetgeving kan de verhouding binnen de personenvennootschap behoorlijk op scherp zetten. Ook kan het inhouden dat vorderingen veel moeilijker te incasseren blijken te zijn met name wanneer de personenvennootschap geen verhaal biedt.

Gevolgen wetsvoorstel
Het wetsvoorstel, wanneer aangenomen, gaat dus behoorlijke grote wijzigingen tot gevolg hebben voor de personenvennootschap, diens vennoten maar ook haar contractspartijen.

In dit relaas zijn slechts twee aspecten uit het wetsvoorstel beknopt besproken. Alleen al uit deze twee aspecten blijkt dat het meer dan verstandig is om de interne overeenkomst van de personenvennootschap tegen het licht te houden.

Maar ook partijen die een overeenkomst aangaan met een personenvennootschap dienen rekening te houden met het feit dat de aansprakelijkheid geheel anders komt te liggen. Het is dan ook adviseerbaar om hiermee in op te stellen overeenkomsten rekening te houden.

Na de invoering van het wetsvoorstel moet er rekening mee worden gehouden dat individuele vennoten zich zullen gaan verschuilen achter de personenvennootschap. Zij zullen zeggen dat eerst de personenvennootschap dient te worden aangesproken op verhaal van een vordering alvorens zij zelf in privé in beeld komen. Ten tweede kan een vennoot als verweer gaan voeren dat hij niet betrokken is geweest bij de uitvoering van de opdracht en derhalve ook niet kan worden aangesproken. Het is dus van belang om in de contracten hiermee rekening te houden. Laat u dus tijdig informeren over de veranderingen en wat dit voor u betekent. Dit geldt dus niet alleen voor vennoten maar ook voor contractspartijen. VMBS Advocaten staat u daarin graag bij.